Wettelijk samenwonen

De wet van 23 november 1998 voorziet de mogelijkheid tot wettelijke samenwoning. Het is de bedoeling om ook voor niet-gehuwde samenwonenden een aantal rechten en plichten te voorzien die enigszins vergelijkbaar zijn met deze binnen een huwelijk, zoals bijvoorbeeld het bijdragen in de lasten van het samenleven, het aangaan van schulden, regelingen voor de kinderen, de onroerende goederen, ...

Wanneer je samenwoont met je vriend(in) kan je vanaf de leeftijd van 18 jaar, indien je rechtsbekwaam bent en niet door een huwelijk of andere verklaring tot wettelijke samenwoning bent gebonden, een verklaring tot wettelijke samenwoning afleggen.

Je komt samen met je partner de verklaring afleggen bij de dienst burgerzaken. Neem beide identiteitskaarten mee en het contract van de notaris (wanneer er al een soortgelijk contract opgemaakt is). Je krijgt een ontvangstbewijs van de verklaring en tegelijk wordt het bevolkingsregister bijgewerkt.

Een adreswijziging heeft geen beëindiging van de wettelijke samenwoning tot gevolg.

Elke wettelijke samenwoning houdt van rechtswege op te bestaan wanneer één van de contracterende partijen huwt of overlijdt.

Verder kan de wettelijke samenwoning ook beëindigd worden door onderlinge toestemming van beide partijen of door een eenzijdige verklaring van één van hen.